ZEVENBERGEN – Een Cityhopper van NLM die onderweg was van Rotterdam naar Eindhoven is neergestort bij industrieterrein Moerdijk. Alle zeventien inzittenden zijn om het leven gekomen. Mogelijk heeft het slechte weer een rol gespeeld bij de crash.

Het toestel, een F28 Fellowship, is van vliegtuigmaatschappij NLM, een dochtermaatschappij van de KLM. Het vliegtuig was rond 17:05 uur vertrokken vanaf vliegveld Zestienhoven. Acht minuten later viel het radiocontact onverwacht weg. Er was geen noodsignaal afgegeven.

Volgens ooggetuigen was er een windhoos bij Moerdijk. Zij hebben gezien dat het toestel daar in de buurt vloog, er een vleugel afbrak en dat het toestel daarna neerstortte.

“Het toestel dwarrelde daarna, voortgedreven door de wervelwind, tegen de spoorbaan aan. En een enorme vuurbal brak het in miljoenen stukken uiteen.”

(ooggetuige, Vrije Volk, 08-10-1981 )

Een medewerker van het vlakbijgelegen Tetra Pak BV stond een eind verderop.

“Ik zag een steekvlam, die werd gevolgd door een explosie met een opstijgende paddenstoel als van een atoombom. Het gebeurde op zo’n anderhalf kilometer van ons bedrijf.”

(ooggetuige, Vrije Volk, 08-10-1981)

Een van zijn collega’s was iets dichterbij de rampplek. Na de klap rende hij naar het toestel, of wat daar van over was, maar hij zag niemand die gered kon worden. Korte tijd later stonden diverse automobilisten wezenloos en hulpeloos te kijken naar de brandende resten van het vliegtuig.

De brokstukken van het toestel liggen verspreid over een gebied van 1 vierkante kilometer. De afgebroken vleugel is later teruggevonden in de Moerdijkse haven Rode Vaart.

Slachtoffers

Aan boord van het toestel waren vier bemanningsleden en dertien passagiers. Het toestel zou in Eindhoven nog wat passagiers oppikken en daarna doorvliegen naar Hamburg.

Onder de passagiers waren dan ook veel zakenmensen. Het ongeluk kostte negen West-Duitsers, twee Engelsen en een Amerikaan het leven. Naast de vier Nederlandse bemanningsleden was er ook nog een passagier uit Vlaardingen.

Een achttiende slachtoffer overleed op de grond. Het gaat om een brandweerman die een hartaanval kreeg.

Koerswijziging

Volgens de Rijksluchtvaartdienst was de piloot van het toestel op de hoogte van het slechte weer. Het toestel was daarom al uitgeweken in zuidelijke richting, om een stormgebied te ontwijken.

Toch hebben KLM-vliegers hun verbazing uitgesproken over het feit dat de piloot met een betrekkelijk klein toestel door dit slechte weer is gevlogen.

(Het artikel gaat verder onder deze advertentie)



Bliksem

Een van de mogelijke rampscenario’s is dat het toestel door de bliksem is geraakt. Het toestel zou ‘al brandend’ de grond hebben geraakt. Meerdere ooggetuigen hebben verklaard dat ze een ‘vuurbal’ hebben gezien, voordat het toestel neerkwam.

Volgens de Vereniging voor Verkeersvliegers is het vrijwel uitgesloten dat de crash is veroorzaakt door blikseminslag. In de geschiedenis van de luchtvaart is namelijk sinds 1949 geen enkel geval bekend waarbij blikseminslag een rol heeft gespeeld bij een ongeluk. “De ramp in Brabant lijkt me eerder het gevolg van hevige turbulentie, waardoor enorme krachten op het toestel komen te staan”, aldus een woordvoerder.

Meer duidelijkheid moet komen uit de zwarte doos met alle vluchtgegevens, die door een jongeman in het rampgebied is gevonden.

‘Zwarte bladzijde…’

NLM-directeur A.J. Leijer noemt het ongeluk met de City-hopper ‘een zwarte bladzijde in de nog jonge geschiedenis van de Nederlandse Luchtvaart Maatschappij’. De directeur laat weten dat ze een onderzoeksteam naar de rampplek heeft gestuurd.

In het team zitten specialisten van de NLM en de KLM. Ook de dienst Luchtvaart van de Rijkspolitie is een onderzoek gestart. “Ondanks de leeftijd van de captain (33 jaar) was het een prima vlieger”, zegt Leijer.

“Wat er gebeurd is is nog een raadsel. Wij zien voorlopig nog geen aanleiding om alle Fokker F28-toestellenaan de grond te houden. Of dat nodig is, zal het onderzoek moeten uitwijzen.”

(A.J. Leijer, Telegraaf, 08-10-1981)

Het ongeluk van vandaag is het eerste in de vijftienjarige geschiedenis van NLM. Het bedrijf is een dochteronderneming van de KLM en ging in 1966 van start met binnenlandse vluchten vanaf Rotterdam, Groningen, Enschede, Maastricht en Eindhoven. Een paar jaar later kwamen daar ook een paar buitenlandse bestemmingen bij zoals Hamburg


Hoe ging het verder?

De oorzaak van de vliegramp was overduidelijk het weer. In onweersbuien komen zogeheten microbursts voor. Dat zijn gebieden waarin in korte tijd heel zware krachten op het toestel worden losgelaten. Bij het ongeluk kwam omgerekend 6G (zes keer de zwaartekracht) te staan op de vleugel die afbrak.

Op vier slachtoffers na konden alle inzittenden geïdentificeerd worden. De lichamen werden eerst naar vliegbasis Woensdrecht gebracht. Die vier onbekenden zijn samen begraven in een graf in Amsterdam.

Op 6 oktober 1981 werd in de Koningskerk in Amsterdam een herdenkingsceremonie gehouden voor veertien van de zeventien slachtoffers. Daarbij waren ook vertegenwoordigers van West-Duitsland, de Verenigde Staten en Engeland aanwezig.

Sinds 2007 ligt er een herinneringsplaquette bij de plek van de ramp. Bij de onthulling waren ook wat brandweermannen aanwezig, die in 1981 hebben geholpen bij de ramp.



Bronnen:

Het vrije volk : democratisch-socialistisch dagblad“. Rotterdam, 07-10-1981, p. 1.

NRC Handelsblad“. Rotterdam, 07-10-1981, p. 1

Dodenakkers -Het ongeluk met de PH-CHI bij Moerdijk

Wikipedia – NLM Cityhopper-vlucht 431

De Telegraaf“. Amsterdam, 07-10-1981, p. 1

Tekst: Dave Datema

Gepubliceerd op: 01 oktober 2017

Verhaalnummer: 22

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *